In de derde kleuterklas leren ze woorden opdelen in stukjes

fiets -> fiets *klapt 1 keer in de handen*
piano -> pi – a – no *klapt 3 keer in de handen*
huizen -> hui-zen *klapt 2 keer in de handen*
en dan heb je de moeilijke waar ze fouten tegen maken
melk -> me – lek *klapt 2 keer in de handen* melk *klapt 1 keer in de handen*

Vic ging zijn splitskunsten eens illustreren met woorden die ik zei

frigo -> fri – go *klapt 2 keer in zijn pollekes*
koelkast -> koe – kast *klapt 2 keer in zijn pollekes*
wat zeg je nu? -> KOE – KAST *klapt 2 keer in zijn pollekes*

Volgens de zoon zit de melk dus in de koe-kast.
En de dochter die probeerde het goed te praten met de rationale: “Ja maar mama, als je alle schapjes eruit haalt, dan past daar toch een koe in”.
Klinkt eerder als zusterliefde dan als logica.

En zo zijn er nog woorden, zo spreken ze hier steevast van tweecee-papier.
IS ER NOG TWEECEEPAPIER? klinkt er dan als ze zonder zitten.

En zo heeft iedereen wel wat anekdotes.

  • zo lustte mijn zus geen pistolets met uitvluchten (maanzaad)
  • zo dacht ik dat iemand die een hartaanval kreeg een ‘nat dak’ had (attack)
  • zo heb ik uren naar het melkbrik zitten staren, me afvragend waarom er nu in hemelsnaam ‘halfvolle melk’ opstond
  • zo weet ik nog steeds niet of het own-goal is of home-goal

en voor meer van deze, kan je hier nog eens lezen