minimalisme

Hoewel ik nog steeds in de ban ben van het minimalisme, is de minimaliseergolf wat stilgevallen.
Ik ben niet meer constant actief elke kamer aan het scannen om te kijken wat ons huis uit moet.
Ik veronderstel dat dat in fases gaat, en nu gaat mijn energie naar marathonvoorbereidingen, werk en het plannen van onze jaarreis … al de rest staat zo een beetje “on hold” … alles tegelijk gaat immers niet.

Maar het is niet omdat het “effectief minimaliseren” wat geminderd is, dat ik terug bij af ben.
Minimaliseren is noodzakelijk bij het minimalisme en meestal een eerste stap, maar nog belangrijker vind ik het om veel bewuster spullen mijn leven binnen te brengen en bewuster om te gaan met de spullen die ik al bezit.

Zo denk ik bij een nieuwe aankoop telkens

  • hoe doe ik het nu, zonder dat voorwerp?
  • is er iets anders dat kan dienen voor deze toepassing?
  • als dit nieuw voorwerp binnenkomt, wordt er dan iets anders overbodig?
  • kan ik de aankoop uitstellen?
  • ga ik het effectief blijven gebruiken?
  • zal het me op lange termijn gelukkig blijven maken?

En ik merk dat ik daardoor minder consumeer, dat ik mijn huidige spullen beter gebruik en dat ook probeer te doen tot ze versleten zijn … want minimaliseren is niet enkel wegdoen, maar kan ook trager, door de dingen te gebruiken tot ze versleten zijn.

Dekbedovertrekken bijvoorbeeld, daarvan hebben we er toch zeker voldoende, en het probleem was dat ik degene die het oudst waren, amper nog oplegde omdat ik ze beu was. Ze lagen dus maar ik de kast, ruimte in te nemen en niet verder te verslijten.
Nu probeer ik deze oudere dekbedovertrekken opnieuw meer te gebruiken, en heb ik er zelfs al 1 kunnen wegsmijten omdat het dan toch ineens gescheurd was … en dat geeft vreemd genoeg een goed gevoel, iets weg kunnen doen omdat het versleten is en het niet moeten vervangen.

Ik vind het trouwens wel ironisch, door minder stuks te hebben, kan je ze meer gebruiken, waardoor ze sneller verslijten en hoe minder de kans is dat je ze beu gezien geraakt en ze ergens ongebruikt in een hoek in de kast belanden.
Conclusie … door minder stuks te bezitten kan je ze sneller geoorloofd vervangen.

Bij mijn kleding is dat trouwens net hetzelfde, ik kuiste mijn kast op en inventariseerde wat overbleef (nog zeer veel). Nu zorg ik ervoor dat ik ook al mijn spullen effectief draag, de zaken die ik zelfs nu niet draag evalueer ik na een tijdje opnieuw, zo besef ik van sommige spullen toch dat ze niet meer bij mij passen en uit mijn kleerkast mogen verdwijnen, zo zijn er ook spullen die verslijten en soms koop ik nog iets bij (maar die doe ik wel bewuster dan vroeger)
Het gevolg is dat het aantal stuks in mijn kleerkast stilaan afneemt en dat mijn kledingbudget enorm gedaald is, terwijl ik het gevoel heb, dat ik meer keuze heb dan vroeger.

Hetzelfde bij conserven in de voorraadkast, schoonheidsproducten en huishoudproducten … ik heb al in maanden geen kuisproducten meer moeten kuisen omdat ik nog vanalles en nog wat in mijn rek heb staan dat eerst moet opgebruikt worden alvorens ik nieuw koop.

Voor de dingen die mijn huis moeten verlaten heb ik “de box”, een gewone plooibox van het warenhuis. In deze box leg ik alles dat mijn huis moet verlaten, met sommige van die zaken probeer ik anderen gelukkig te maken (zo maakte ik een vriendin blij met een sjakos die ooit nog van mijn oma was, mijn oma was blijkbaar ook geen minimalist want toen ze stierf koos ik enkele van haar handtassen en zelfs nu heb ik nog altijd 3 van haar handtassen in mijn bezit), een deel gaat naar de kledingcontainer en een ander deel gaat naar de kringwinkel.

Ken je dat, spullen die je krijgt waarvan je weet dat je ze nooit zal gebruiken? Een lelijk gratis shirt bij een loopwedstrijd, een accessoire bij suikerbonen, een sleutelhanger die je ergens kreeg, of iets met liefde gegeven maar totaal verkeerd gekozen …. die belanden hier ook direct in “de box”.
Ik vind het belangrijk om deze spullen direct af te zonderen en te zorgen dat ze mijn huis niet binnendringen.

Een tijd hield ik alles bij voor de rommelmarkt en had ik verschillende boxen, maar ik merkte dat die boxen me na een tijd ook zenuwachtig maakten, dus speel ik nu korter op de bal. Als “de box” vol geraakt moet hij het huis uit.

En zo … stap voor stap, op weg naar verbetering. Er is nog veel werk aan de winkel, maar al die overbodige spullen geraakten niet allemaal ineens in mijn leven, dus ik kan ook niet verwachten dat ze er allemaal ineens uit verdwijnen, maar zolang ik de goede richting uitga komt het wel goed.