We zijn, na dik 5u rijden, aangekomen op onze laatste Zweedse overnachtingsplek. Mölle, een plekje op een schiereiland aan het kattegat (de zeestraat tussen Denemarken en Zweden), en helemaal ontsloten door het nationaal park Kullaberg.

Mölle werd me op 1 dag, door 2 mensen aangeraden, een Zweed die we aan een schelterplaats tegenkwamen en via Sofie op instagram. Allebei zo enthousiast, dat ik ze graag geloofde.

Hier waren we wel zo slim om op voorhand (=gisteren), te reserveren. Al een chance, want toen we aankwamen werden er mensen weggestuurd omdat het volzet was. Blij dat deze woorden deze keer niet tegen ons gericht waren. Onze camping is groot, met zwembad en met veel kinderen met gezinnen. Maar wat mij betreft zitten de vibes wel redelijk ok.

Vandaag wandelden we naar de jachthaven van Mölle, gezellig met de boten, eindelijk ook eens wat horeca, en helemaal omringd door bos en berg (het Kullaberg national park).

Het doet ons al niet meer zo Zweeds, maar eerder Deens, aan. Misschien omdat de huizen van baksteen, en niet meer van hout zijn.

Het strand loopt over in natuurreservaat, met grazende koeien en schapen. En op de pier vangen kinderen krabbekes en doen de Zweden een avondduik, waarna ze hun badjas aantrekken. Dat is wat mij betreft iets typisch Zweeds. Met je badjas naar het strand/meer en nog efkes zwemmen. Heerlijk vind ik dat (en moedig ook).

Maar de Zweden zijn outdoor mensen, dat zie je aan alles. De tijdschriften in de winkels over jagen, de faciliteiten buiten (vuurkringen met hout, droogtoileten, …)

Wij testen in Mölle de app Tamedhunden die Annemarie ons aanraadde (of de Engelse benaming “Bring the dog”). En inderdaad, Juno mag binnen in het restaurant dat als hondvriendelijk wordt aangegeven. Er wordt water voorzien en je kan zelfs hondensnacks kopen. Dat laatste gaat ons net te ver.

We genieten ervan om eens samen op restaurant te gaan en onze benen onder tafel te kunnen schuiven. De porties zijn groot. Wij doen ons best en Bjeurn doet de rest.

In het stadje kwamen we nog grappige honden tegen die ik niet meteen kon thuisbrengen. Lang licht krullend haar, een staartje aan hun froefroe en aan hun poep en achterbenen kort geschoren. Zeer vreemd zicht die geschoren achterkant. Bleken het Portugese waterhonden te zijn. Je hebt de Portugese waterhonden, dat zijn de grootste, die heeft bv. Barak Obama. Dan heb je de Spaanse waterhond, die iets kleiner is. En Juno is een Italiaanse waterhond (oftewel Lagotto Romagnolo) en dat is de kleinste van het trio.

Het spel tussen Juno en haar Portugese vriendinneke was zo aandoenlijk. Dat ik het vreemde kapsel op slag vergat.

De dagen zijn uitputtend voor Juno. En ze mag van geluk spreken dat lange hikes er deze vakantie niet inzitten.

Overnachting: First Camp – Mölle