Een dikke week vakantie heb ik. 2 dagen om te genieten van de kinderen en de rest is gereserveerd om het bovenste verdiep te schilderen.

Van dat genieten is nog niet veel in huis gekomen.

  • Ik vraag me constant af wat er met mijn 2 lieve flinke kinderen is gebeurd.
    Vermoeidheid heeft hen veranderd in ruziemakende, huilende en tegensprekende monstertjes.
  • En als de kinderen niet aan mijn oren zeuren is het de kat wel die komt janken.
  • De was, die blijft maar komen, het machien blijft draaien, ik blijf met manden zeulen en kasten vullen en aan de strijk durf ik niet eens te denken.
  • De weekmenu is al helemaal om zeep en ik zal een creatieve ingreep moeten doen om geen etenswaren overtijd te laten gaan.
  • Ik begon even Vic zijn kleerkast uit te mesten en ‘ uur later had ik 4 grote zakken voor de kledingcontainer en 1 pamperdoos om bij te houden voor door te geven …
    Liv haar kast laat ik even wat ze is, en aan de mijne durf ik niet eens te denken
  • Ik verkondigde gisteren al dat er vandaag een verplichtte middagdut op het programma stond, deze middagdut is NU gaande, maar toch hoor ik voetstappen vanuit Liv haar kamer
  • Ik heb geen deftig volwassen gesprek meer, want de man is enkele dagen niet ten velde (de gelukzak)
  • Ik ben een zenuwinzinking nabij, maar heb geen tijd om even in een hoekje te zitten wenen, want ik moet echt boven eens van mijn oren gaan maken.

“Geniet van uw vakantie” zeggen ze dan … ne mens zou haast blij zijn dat hij morgen op zijn stelling mag kruipen.